VROUW IN DE BOUW

Vrouw in de bouw. Ik krijg vaak de vragen: “Hoe kom je daar nou weer bij?”, “Word je dan wel serieus genomen?”, “Word je niet élke dag lastig gevallen?”, “Ben jij wel zo technisch?”. Allerlei vragen die ik krijg vanuit vooroordelen die men heeft. Nou, ik zal het eens uitleggen:

Ja, het is zeker waar, de bouwsector wordt nog steeds gedomineerd door mannen. Dat komt met name door de maatschappelijke standaard die ons wordt opgelegd dat er mannen- en vrouwenberoepen bestaan. Waarbij bijvoorbeeld de beroepen in de bouwsector typisch mannelijk zijn en beroepen in ze zorg typisch vrouwelijk. Maar er lijkt langzaamaan een omslag te komen. In 2018 was het percentage vrouwen werkzaam in de bouw 9%. In 2021 was dit al gestegen naar 11%. We’re making progress! De bouw wordt steeds meer “sexy” en aantrekkelijk. Dat we mannen in de bouwsector sexy vinden, is geen geheim: “There’s something manly about a burly guy with a hammer, especially one who can fix and build things around the house.” zoals Divine Caroline zo mooi zegt. Maar dat geldt ook steeds meer voor vrouwen met twee rechterhanden. Het is tegenwoordig stoer om als vrouw meer beta georiënteerd te zijn, zelf de hamer en de schroevendraaier te pakken om dingen te fixen en zelfredzaam te zijn. We don’t need a man to make it happen!

Waarom de bouw? Dat is een vraag die ik regelmatig krijg. Mijn antwoord is eigenlijk simpel. Ik haal ontzettend veel voldoening uit het opleveren van een eindresultaat wat waarde toevoegt voor anderen. Een eindresultaat waarvan ik met trots kan zeggen: “Daar heb ik aan bijgedragen!”. Dat is voor mij dus geen onderzoek waar een rapportje uit voortkomt. Dat betekent voor mij een gebouw, waar mensen jaren lang plezier van hebben. Of je nou installateur, constructeur, metselaar, architect of inkoper bent, je kunt later tegen je (klein)kinderen zeggen: “Kijk, (o)ma(ma) heeft nog meegeholpen aan de (ver)bouw van die weg, brug of woning.” Dat lijkt mij geweldig, dat wil ik horen.